Passeerbaarheid

Stuwen en andere waterkeringen onderbreken de passeerbaarheid van rivieren en beken. Al naar gelang het type en de drempelhoogte vormen ze migratiebarrières voor de meest uiteenlopende aquatische organismen. Zo zijn bijvoorbeeld talrijke trekkende vissoorten, zoals zalm, aal en prik, in hun levenscyclus aangewezen op regelmatige migraties tussen verschillende deelhabitats. Ook voor niet-vliegende kleine dieren, zoals vertegenwoordigers van het macrozoöbenthos (bijv. kreeftjes, schelpdieren, wormen) vormen deze kunstwerken een migratiebarrière.

De partners in het SGD Eems hebben zich daarom gezamenlijk ten doel gesteld om voor migrerende vissen en rondbekken voorwaarden te scheppen die het behoud of herstel van zelfreproducerende populaties mogelijk maken. Hiervoor moeten ten eerste voldoende hoogwaardige habitats worden gecreëerd en moet daarnaast de passeerbaarheid van de bovenregionale trekroutes worden hersteld. Er zijn concepten uitgewerkt waarmee de passeerbaarheid systematisch en efficiënt kan worden verbeterd.

Concepten ter verbetering van de passeerbaarheid in het SGD Eems

Kaartdienst